Dwergekstertje - Lonchura nana
Dwergekstertje – Lonchura nana
Dwergekstertjes – Lonchura nana
Dwergekstertje – Lonchura nana
Verspreiding:
Het dwergekstertje is oorspronkelijk afkomstig uit Madagaskar en het vaste land van Afrika.
Grootte:
Het dwergekstertje is ongeveer 9 cm. groot.
Geslachtsonderscheid:
Tussen het mannetje en het popje is vrijwel geen uiterlijk waarneembaar verschil. Het enige verschil tussen de geslachten is dat het mannetje zingt. Hij doet dit echter zo zacht dat het trillen van de keelveertjes dit moet verraden.
Karakter:
Dwergekstertjes kunnen in een gezelschapsvolière met soortgenoten en andere soorten worden gehouden mits de volière voldoende groot is en de vogels over een voldoende groot territorium kunnen beschikken. Is dit niet het geval dan kunnen ze agressief reageren richting soortgenoten en andere volièrebewoners.
Omgevingstemperatuur:
Het houden van dwergekstertjes hoeft geen problemen op te leveren in ons land. Wel ben ik van mening dat een volière waarin deze vogels worden gehouden een goed afgesloten en droog nachtverblijf dient te bezitten. Ook verdient het aanbeveling de vogels niet beneden temperaturen van 5 °C te houden.
Voeding:
Als voeding dient een goede zaadmengeling voor tropische vogels en of volièrevogels, een goed samengesteld eivoer/krachtvoer en bij voorkeur kiemzaad verstrekt te worden. Om aan de behoefte van dierlijke eiwitten in de voeding tegemoet te komen kan het beste een insecten-/universeelvoer toegevoegd worden (bijvoorbeeld 50 eivoer, 50% universeelvoer). Vooral in de periode dat de vogels jongen hebben is het belangrijk dat ze de beschikking hebben over dierlijke eiwitten. Extra dierlijke eiwitten kunnen, naast het verstrekken van een goed samengesteld eivoer/universeelvoer, verstrekt worden in de vorm van bijvoorbeeld (geknipte) meelwormen, miereneieren, bladluis, fruitvliegjes, buffalowormpjes. Naast bovenstaande voeding is het noodzakelijk dat de vogels dagelijks de beschikking hebben over vers en fris bad- en drinkwater en mogen ook vogelmineralen (grit) en maagkiezel niet ontbreken.
Kweek:
Goede broedresultaten met dwergekstertjes zijn behaald in broedkooien, vluchtjes van 2x1x2 (hxbxd) en of apart in een goed begroeide volière. Als nestgelegenheid accepteren ze halfopen nestkastjes maar ook wordt wel een vrijstaand nest gebouwd in een dichte struik of begroeiing. Als bouwmateriaal gebruikt hij hiervoor kokosvezel, hooi, grashalmen, mos, veertjes, dierenhaar e.d. Als het nest klaar is en door het popje wordt geaccepteerd mag na enkele dagen het eerste eitje verwacht worden. Gemiddeld legt het popje 5 eitjes. De eitjes worden afwisselend door beide oudervogels bebroed. Na ongeveer 12 dagen komen de jongen uit. Op een leeftijd van ongeveer 3 weken vliegen ze uit. De jongen worden na het uitvliegen door beide oudervogels nog gedurende een aantal weken (bij)gevoerd. Op een leeftijd van 5 – 6 weken zijn ze volledig zelfstandig.
A. van Kooten
Je zou ook interesse kunnen hebben in de volgende lonchura-soorten:
Borneo bronzeman – Lonchura fuscans
Diksnavelnon – Lonchura grandis
Driekleurnon – Lonchura malacca
Gepareld bronzemannetje – Lonchura tristissima leucosticta
Glansekstertje – Lonchura bicolo
Japans meeuwtje – Lonchura striata domestica
Java bronzeman – Lonchura leucogastroidus
Moluks bronzemannetje – Lonchura molucca
Muskaatvink – Lonchura punctulata
Prachtnon – Lonchura spectabilis (en ondersoorten)
Reuzenekstertje – Lonchura fringilloides
Spitsstaartbronzeman – Lonchura striata
Witbuik- of prachtnon – Lonchura spectabilis